Centraal aanmelden: wat betekent dat voor een instelling?

Ik ben vandaag te gast bij Lentiz voor de 40ste saMBO-ICT Conferentie. Jef van den Hurk van KW1C praat ons bij over Centraal Aanmelden, wat er op ons afkomt, de impact op de systemen en wat we wanneer klaar moeten hebben. Overigens moeten er veel puzzelstukjes tegelijk op hun plek vallen: Centraal Aanmelden, RIO, Afhandelen Aanmelding en Vroegtijdig Aanmelding.

Jef moedigt aan te starten met uitgangspunten en toont die van het KW1C, onder andere over hoe je omgaat met aspirant studenten, het hergebruik van gegevens en het minimaliseren van het aantal koppelingen etc. Vervolgens de impact, zelf verwoord:

  • Werving: dit blijft gewoon iets van de instelling zelf.
  • Aanmelden: als je eigen functionaliteit gebouwd hebt voor aanvullende informatie, beschikbaarheid wil tonen (opleiding is vol) en een toelaatbaarheidscheck doet, dan gaat dit verschuiven. De centrale voorziening heeft wel een generiek koppelvlak waarmee instellingen zelf de data kunnen opvangen en eventueel eigen toepassingen op verder kunnen gaan. Mits je dit bouwt en onderhoudt natuurlijk.

Open deur maar daarom niet minder waar: hoe meer maatwerk systemen je hebt, hoe meer je processen afwijken van het gemiddelde in Nederland hoe meer werk je hebt…

Mijn andere blogs hierover zijn hier.

 

 

 

Drones in de Kassen

Ik ben vandaag te gast bij Lentiz voor de 40ste saMBO-ICT Conferentie. Hans Ligtenberg en Maartje Bakker (Applied Drone Innovations) geven de tweede keynote. InHolland heeft een opleiding met daarin een kruisbestuiving (haha) tussen technologie, biologie en bedrijfskunde. Ze hebben er een award mee gewonnen. Luchtvaart-expertise verbinden met landbouw-expertise kent nu eenmaal zo z’n uitdagingen.

Vliegen binnen in kassen heeft als voordeel dat je niet hoeft te voldoen aan strengere beveiligingsmaatregelen. Nadeel is dat je niet op GPS kunt vliegen, aangezien kasconstructies dit stoort. Het gaat dan om kassen waar voetbalvelden vol potplanten groeien en inspectie behoeven met hoge precisie (Eye in the Sky). De kassen worden groter, de gevolgen van ziekte of schimmels zijn groter en het monitoren van je gewas is niet meer af te doen met een wandelingetje. Als één plant een ziekte verspreid naar 60 hectare tomaten dan is de schade enorm.

Het werken met drones wordt gecombineerd met sensorinformatie en kunstmatige intelligentie om zo de hele groei van voedsel in goede banen te leiden. Het hele systeem geeft vervolgens aan welke plantjes weggehaald moeten worden. Eigenlijk kantelt de hele sector van ervaring-gedreven-industrie naar data-gedreven-industrie.

Voor de toekomst ziet men een doorontwikkeling naar bijvoorbeeld precisie-pesticide-distributie en managementinformatie over groei en ziektes etc.

Ik moest even wennen aan deze keynote en het duurde een tijd voor ik door had wat de lijn van het verhaal was. Het ging eerst vooral over hoe een groep jonge studenten innovatief een startup bouwen, met de ambitie “Google-van-tuinbouw” zijn. Daarna werd uitgelegd hoe technologie tuinders en het telen van gewassen helpt. Illustratief hoe beroepen veranderen door technologie en indirect een aanmoediging om beroepsopleidingen te moderniseren en zo relevant te blijven. Overigens wel een afwisseling van trendwatchers en ict-guru’s.

Adoptie van onderwijslogistieke vernieuwing op #samboict

Ik ben vandaag te gast bij Lentiz voor de 40ste saMBO-ICT Conferentie. In de tweede ronde nemen Erik Blokland (Avans) en Peter Verdaasdonk (Advitrae) ons mee in de sessie “Adoptie van onderwijslogistieke vernieuwing – gamification als middel om onderwijslogistieke vernieuwing te stimuleren”. Meer achtergrond hier.

Omdat we vlak voor de implementatie staan van Xedule was ik nieuwsgierig. Vanuit de hoop dat het aanknopingspunten kan geven om na te denken over modernere manieren van plannen en roosteren. In mijn ogen is “alleen even een roosterapplicatie vervangen” de meest arme vorm van implementatie. Althans, ik zie meer toegevoegde waarde in flexibilisering en persoonlijke leertrajecten mogelijk maken. Moeilijker, maar dat is met alles wat waardevol is.

Avans wilde kennismaken met “Docentloos Roosteren” of ‘Zelf Roosteren” (de laatste klinkt wat sympathieker). Daarin krijgt een student het beste rooster voor hem, aangezien die centraal staat. Een docent kan hier vervolgens op intekenen. Het poogt te doorbreken dat men wel zegt dat de student centraal staat maar dat dit alleen blijkt uit ‘weinig tussenuren’ etc. Terwijl het rooster overgeleverd is aan de genade van de beschikbaarheid van de docent.

Niet voor elk team geschikt, maar voor teams die hier aan toe zijn zeker het onderzoeken waard. Het kantelt ook het proces van werkverdeling-per-team naar plan-van-inzet naar rooster. Je start met het rooster en daarna wordt het plan van inzet etc opgebouwd.

AdVitrae heeft toen een game (Maetch) ontwikkelt om teams te laten ervaren hoe “Zelf Roosteren” werkt. Als start vult de game zich met alle lessen die verdeeld moeten worden. Het werkt het beste als ook de docenten en hun benoemingen echt zijn. Tijdens het intekenen bouwt je eigen rooster zich op. Een team kan afspreken dat iedereen dit tegelijk doet of één voor één en in rondes. De game kan ook weggegooid en overnieuw gespeeld worden. Het neemt doorgaans een uur of 3 in beslag. AdVitrae kan game-leiders leveren, maar beter is nog dat teams dit zelf kunnen. Instellingen die roosteren met Xedule kunnen over Maetch beschikken.

Wat ik goed vindt aan docentloos roosteren is dat het de dialoog verplaatst. In plaats van dat een docent steeds communiceert met de roostermaker, vindt nu de dialoog plaats in het team. Dit leidt natuurlijk tot allerlei discussie en sociale dynamiek maar de game ondersteunt dit visueel door knelpunten in beeld te krijgen. De docent kan ook zijn tevredenheid over het rooster opgeven. Als de game klaar is krijgt iedereen een badge afhankelijk van z’n snelheid etc.

Al met al een mooie werkvorm om het team bewust te maken, gezamenlijk tot besluiten te komen en te helpen om zelfsturend te worden.

 

The Student Journey – Een 360° blik op (potentiële) studenten

Ik ben vandaag te gast bij Lentiz voor de 40ste saMBO-ICT Conferentie. In de eerste ronde nemen Jacob Hop, Bjorn Letink (Aventus) en Vincent Revenboer (Cobra CRM) ons mee in deze vroege fase van interactie met een mogelijke student. CobraCRM is een Salesforce applicatie voor werving .

Zelf was ik nieuwsgierig omdat we ons oriënteren op dit onderwerp en er wat mij betreft extra redenen voor zorgvuldigheid zijn. Aangezien het vaak gaat over de verwerking van persoonsgegevens van jonge mensen en in dit stadium heb je naast toestemming verder geen grondslag. De echte klantbinding komt namelijk pas later als de verbintenis (onderwijsovereenkomst) er is.

Jacob schetst de (herkenbare) aanloop:

  • Vanuit de systemen en applicatielandschap werd er niet zoveel gedaan aan automatisering van werving of men liet dit aan de marketingafdeling over.
  • De uitdaging lag in de terugloop van studentenaantallen, verlies marktaandeel en demografische krimp.

Ze starten vanuit de visie dat ze relevant willen zijn voor mogelijke instromers. Door informatie tijdens interactiemomenten vast te leggen probeert men het contact en de kanalen hiervoor aan te passen en zo de ‘klant’ te helpen zich te oriënteren. En uiteindelijk in te schrijven lijkt me.

Vervolgens zijn ze gaan analyseren welke vormen van interactie er zijn (meeloopdagen, open dagen, voorlichting etc.) en wat voor soort communicatie ze hier voor doen. Voor de open dag gebruiken ze bijvoorbeeld een app, waarin de potentiële student zich kan aanmelden met een QR code. In de loop der jaren is het aantal personen dat zonder ‘ticket’ de open dag bezoekt teruggelopen tot 10%.

Vanzelfsprekend kwamen er AVG vragen:

  • Minderjarigen: Ze gebruiken een privacy statement en vragen om toestemming. Dat een minderjarige dit niet mag tekenen wordt niet gecontroleerd. In plaats daarvan probeert men geen irritatie op te wekken door gedoseerd te communiceren en makkelijk te laten uitschrijven op mailings etc. De presentatoren waren hier wel eerlijk over: het zoekt de grens op van wat AVG toelaat.
  • Om de datakwaliteit te verhogen en een persoon uniek te identificeren zou men zoveel mogelijk willen weten. Terwijl daar geen echte doelbinding voor is. Daarom zijn 06 nummers bijvoorbeeld uit formulieren gehaald als deze niet nodig is.

Wat ik ook wel veel terug hoor is dat de stijl en inhoud van de pro-actieve communicatie aandacht behoeft. Niet elke medewerker die gewend is een telefoon aan te nemen, is bekwaam om zelf een gesprek te initiëren. Zelf denk ik dat je anders snel in het bel-me-niet-register terecht komt.

Door koppelingen met het Studenten-Informatie-Systeem (EduArte) en de beschikbaarheid van contactkaarten in het CRM is er steeds één plek waar zichtbaar is welke communicatie er met de student is geweest. De medewerkers achter de centrale telefoon of het info-punt roepen dit op tijdens het behandelen van mail of telefoontjes.

Het riep nog wel vragen op over het verwerkingsregister en principes zoals data-minimalisatie. De sessie was te kort om dit helemaal uit te vragen. Vandaar dat ik aanmoedigde om hun FG/IBP collega’s het een keer te komen toelichten op het IBP Netwerk. Overigens ben ik best bereid mij het marketing jargon aan te meten, terwijl woorden als ‘klantreis’, ‘journey’ en ‘prospect’ soms een tikkie jeuk opleveren. Maar ik ben de eerste om toe te geven dat technologie-jargon hetzelfde effect heeft andersom. 😉

Learning analytics: Maak het leren zichtbaar.

Vandaag ben ik te gast bij het KW1C voor de 39ste saMBO-ICT Conferentie. JaapJan Vroom van Deltion vertelt over hun initiatieven op het gebied van Learning Analytics. Ze begonnen met een verkenning naar wat ze konden meten om pas erna te kijken wat ze wilden. De vraag “Waar moet Learning Analytics een antwoord op geven?” was volgend. JaapJan was de eerste om toe te geven dat je normaal gesproken daar mee moet starten maar begrijpelijk dat je tijdens een verkenning andersom aanpakt.

Ze werken met Xerte als auteurstool voor online lesmateriaal. Ze investeerden om Xerte te voorzien van xAPI en aan te sluiten op een LRS (Learning Record Store). In de pre-pilot gebruikten ze deze voor professionaliseringsmodule voor docenten (slim want geen studentengegevens en AVG ‘gedoe’).

Wat ik frappant vindt, is dat tijdens het leren een soort ‘activiteiten-stroom’ ontstaat die in gewone taal te begrijpen is. Bijvoorbeeld: pagina X is gestart, beëindigt, opdracht Y is gescored, video Z is bekeken etc. Per ‘statement’ is dit niet zo relevant, maar over het totaal zijn interessante rapportages te maken.

Het roep veel vragen op maar voor dit stadium (verkenning in een pre-pilot) is dat logisch, tegelijk kom je dan op ideeën. Bijvoorbeeld: een uitgever geeft nu alleen een eindresultaat terug aan de school, maar met deze techniek zou ook het leerproces daar naar toe, inzichtelijk gemaakt kunnen worden. In de volgende stap willen ze wel degelijk naar studenten-gegevens kijken natuurlijk. JaapJan heeft daarom ideeën over gebruiksvriendelijke manieren om ‘consent’ vast te leggen.

Overigens zie ik dat wel vaker bij innovatieve trajecten: eerst praktisch ervaring opdoen over wat er kan en aan beeldvorming doen en dan pas kijken hoe en of dit nuttig is. En niet andersom door vaak lang bezig te zijn met mooie doelen en de ‘waarom’ vraag, terwijl je eigenlijk niet op gang komt. Leren door doen dus.

 

Artificial Intelligence op #samboict

Vandaag ben ik te gast bij het KW1C voor de 39ste saMBO-ICT Conferentie. De keynote van het middagprogramma wordt gegeven door Eric Postma. hoogleraar AI verbonden
aan Tilburg University en de Jheronimus Academy of Data Science met als specialisatie Beeld- en signaal-analyse en deep learning.

Hij start met historie:

  • Alan Turing als grondlegger van moderne computers.
  • Symbolische AI (1980 tot 2000): Als je maar genoeg kennis in een systeem stopt en combineert met “Als-Dan regels” dan krijg je intelligentie, was de gedachte. Dit was natuurlijk een beperkte aanpak, aangezien intelligentie ook gebaseerd is op ‘impliciete kennis’. In deze tijd ontstonden schaakcomputers.
  • Sub-symbolische AI (1988 -2016): Kennis vergaren werkt met voorbeelden. In deze tijd ontstonden systemen voor grootschalige patroonherkenning (objecten op foto herkennen etc).
  • Deep Learning (vanaf 2012): Intelligente systemen krijgen we door de werking van de hersenen na te bootsen. Systemen met zogenaamde neurale netwerken. Ook deze werken met grote sets voorbeeldmateriaal om te trainen.

Wat zit er nu achter de AI Revolutie? Want de ideeën bestaan al decennia. Er is meer data, meer gelabelde data en meer computerkracht die ineens tot doorbraken leidt. Eric geeft leuke toepassingen zoals het automatisch inkleuren van klassieke zwart-wit filmpjes, het automatisch labelen van grote hoeveelheden media in archieven, het verscherpen van vage foto’s, ondertiteling op basis van liplezen en natuurlijk het autonoom laten bewegen van auto’s en drones. Tegenvaller is wel dat er “deep-fakes” mogelijk zijn: systemen die synthetische spraak combineren met video van iemand, op zo’n manier dat het authentiek lijkt te zijn.

Beperkingen zijn er nog zeker wel: patroonherkenning is namelijk een vorm van ‘associatie’ en nog steeds geen echt begrip.

Eric spreekt enthousiast en heeft een genuanceerd verhaal. De stap naar onderwijs of de concrete toepassingen daarvoor mocht wat mij betreft net iets meer uitwerking.

 

Even bijpraten op #samboict

Vandaag ben ik te gast bij het KW1C voor de 39ste saMBO-ICT Conferentie. Jan Bartling (saMBO-ICT), Martine Kramer (Kennisnet) en Remco Rutten (SURF) geven de stand van zaken.

  1. Strategische Agenda:
    De publicatie is hier te vinden en agendeert “Leven lang ontwikkelen”, digitaal burgerschap, onderwijslogistiek, leermiddelen, je-eigen-dossier, ontwikkeling van docenten en data-gestuurd-onderwijs.
    Zelf ben ik vooral nieuwsgierig naar ‘je-eigen-dossier’ omdat het qua gegevens de student centraal zet doordat deze er zelf over beschikt, in zijn eigen systeem. Op naar een sterke informatiepositie voor de student dus.
  2. Bruggen Bouwen: 
    Richt zich op de ontwikkeling van docenten door de zogenaamde “i-coach” een brug te laten vormen tussen onderwijs en ICT. Samen vormen deze coaches een community voor de uitwisseling van ervaring en het werken in pilots.
    Verder werken ze met iXperium aan een community of practice.
  3. Onderwijslogistiek:
    Het programma ontwikkelt zich steeds verder en biedt praktisch aanknopingspunten om zowel de organisatorische kant als onderwijskant klaar te maken om de student zo goed mogelijk te helpen met zijn vraag.
  4. Projecten Surf:
    Firewall-as-a-service: Dit project onderzoekt de gezamenlijke behoefte van MBO/HO/WO sector op het gebied van firewalls. Dit varieert van ‘alles-zelf-doen’ of ‘gezamenlijke-basis’ of helemaal ‘extern-beheerd’. Tegelijkertijd lopen er al vernieuwingen op netwerkgebied zelf.
    Application-delivery-as-a-service: de toepassing ligt in het brengen van ‘managed software’ op ‘unmanaged-devices’ (BYOD). Dit zou inhouden dat we niet zelf het wiel hoeven uit te vinden voor het packagen/virtualiseren van applicaties.
  5. Leermiddelen:
    Er is een servicedocument schoolkosten opgeleverd, met vlak er achter aan een update van het “Juridisch Kader Onderwijsbenodigdheden MBO”. Super nuttig voor de duidelijkheid, tegelijk blijft het taaie kost. De principes hier achter proberen we namelijk al sinds MBO-Cloud te realiseren. Illustratief hiervoor is dat leermiddelenlijsten in een openbaar koppelpunt moeten zitten, zodat de student keuzevrijheid heeft welke distributeur hij/zij kiest. Geen sinecure.
  6. Technologiekompas: 
    Deze wijst “Artificial Intelligence” aan als de grootste komende technologische vernieuwing voor onderwijs.
  7. Centraal Aanmelden: Vijf argumenten voor centrale aanmelding.
    Omdat de aanmelding een juridische status is geworden, met toelatingsrecht etc., is een centralisering hiervan handig. Verder wordt het proces uniformer, handig in voorlichting. Identificatie netjes doen is niet makkelijk, gezamenlijk organiseren bespaart dan. Ook de bedrijfsvoering wordt geholpen door inzicht in meervoudige aanmeldingen. Zelf willen we als instelling inzicht bij maximum aantal aanmeldingen.

Moeten we willen wat technologie kan? #samboict

Vandaag ben ik te gast bij het KW1C voor de 39ste saMBO-ICT Conferentie. Eke Jelluma opent met de keynote. Ze illustreert de snelheid van ontwikkelingen, met de bekende voorbeelden. Haar nieuwsgierigheid is naar het waarom van technologiegebruik en hoe ons gedrag erdoor verandert.

Ze introduceert ook een trend indeling: Macro-trends (vergrijzing, vluchtelingen), Sociaal-culturele trends (generatie-trends, gender-trends) en Product-Marketing trends (gadgets en technologie hypes). Het bedrijf waar ze werkt (TrendsActive) gebruikt sociaal-wetenschappelijke methodes om ze te onderzoeken.

De ‘verbonden maatschappij’ omschrijft ze langs 3 kenmerken:

  • Interactie: In de basis blijven we een sociaal wezen met een diepe behoefte aan verbondenheid met anderen.
  • Instantane beloning: je hersenen reageren ‘positief’ op het zien van de berichten na een notificatie. Met alle kansen op verslaving die daar bij komen. Tegelijk biedt het aanknopingspunten voor de implementatie van nieuwe technologie: voelen mensen euforie doordat het sociaal lonend is? De voorbeelden zie ze benoemt komen terug in hun Trendrapport. Sommige doen me denken aan ‘gamification’.
    Men verwacht onmiddellijke reactie en onmiddellijk resultaat. Ongeduld neemt toe, ook in de offline wereld. Voice-assistenten die direct antwoord geven versnellen dit verder.
  • Controle: De tegenreactie op ‘Instant Gratification’ is de behoefte aan controle. Mensen worden kritischer op hun relatie met het mobieltje en gaan digitaal detoxen.

Uit de zaal kwam de vraag of de ‘Marshmallow’ test recent weer onderzocht is en of die verandert door “Instant Gratification”. Zelf de vraagsteller even instantaan willen belonen door het op te zoeken. Te vinden hier.

Eke spreekt enthousiast zonder gejaagdheid, wat je bij trendwatchers wel eens ziet. De zorgen die ze impliciet uitspreekt worden niet angstig gebracht. Zelf vind ik het natuurlijk wel terecht om niet ongebreideld ‘alles wat kan’ ook daadwerkelijk te doen. De boodschap die ze brengt is dat we ons steeds ‘ethische’ vragen blijven stellen bij technologie. Vragen over normen, waarden en privacy etc.

Oneliner die ik ga hergebruiken:

Kan technologie alles wat we willen? Ja! Moeten we alles willen wat technologie kan? Nee!

 

 

IDM bij het KW1C

Vandaag ben ik te gast bij Surf voor de bijeenkomst “IAA in het MBO”.  Jef van den Hurk presenteerde daar hun IDM (Identiteiten Management) oplossing.

Tot voor kort had men zelf een “Software Autorisatie Systeem”. Daar wilde men vanaf gezien de risico’s van zelfbouw. Tegelijkertijd liep er een meer fundamentele discussie over de keten voor medewerker-identiteiten. Als je toegang wilt geven op basis van rollen, moeten deze dan worden geadministreerd door HR?

De stappen die men onderneemt zijn dan praktisch:

  • Er is een Visie op Toegang geformuleerd.
  • Een Projectstartarchitectuur is gemaakt.
  • Use Cases zijn uitgewerkt.
  • Aanbestedingstraject loopt (is bijna klaar)
  • Implementatie: hiervoor trekken ze 2 jaar uit.

Centraal Aanmelden in MBO

Vandaag ben ik te gast bij Surf voor de bijeenkomst “IAA in het MBO”.  In de vierde sessie neemt Jan Bartling ons mee in de casus “Centraal Aanmelden en Onderwijsovereenkomst”.

Waarom zou je uberhaupt centraal aanmelden?

  1. Aanmelden heeft een juridische status gekregen. Eerste schreven wij ze in, maar met de nieuwe wet heeft men “Toelatingsrecht“, als ze voor 1 april aanmelden. Wil je dat recht uitoefenen dan moet het goed vastgelegd worden. Met juridisch gewicht zeg maar.
  2. Aanmelden uniform laten verlopen.
  3. Identificatie wordt efficiënt (1x) geregeld. Op het moment dat een student zich wil aanmelden dan is hij voor ons eigenlijk nog geen student maar een gewone burger. Als de burger zich identificeert dan is dat met DigiD.
  4. Het geeft inzicht in meervoudige aanmelden. Gemiddeld hebben studenten 2 aanmeldingen per inschrijving.
  5. Om op sectorniveau het aantal aanmeldingen te limiteren.

Om gegevens terug te geven aan toeleverende VO scholen zijn er knooppunten opgeleverd. Deze zorgen technisch voor de uitwisseling. Tegelijkertijd is er een coöperatie “MBO-Voorzieningen” opgericht die eigenaar wordt van deze voorziening. De MBO instellingen zijn lid hiervan.

Het blijft wel mogelijk dat een student zich bij de instelling zelf aanmeldt. Hybride, je verwacht het niet in Nederland.

Verder tipt Jan de Strategische Agenda Digitalisering MBO. Kan ik van harte aanbevelen. Voor mij de belangrijkste opmaat in doelstelling 2: Elke student heeft een eigen dossier.

Jan brengt op dit punt mondig onder woorden wat er ontstaan is in MBO land. Namelijk dat we alles met alles koppelen. Terwijl zijn dossier juist bij de persoon zelf moet liggen in plaats van in een centrale keten. De verkenning van eduMij is hier essentieel voor. Ik kan mij hier hartgrondig in vinden.

Mijn andere blogs over Centraal Aanmelden zijn hier te vinden.