Category Archives: Diversen

GTD Desktop Wallpaper

gtd-desktop-wallpaper-wxga-klein

Ik ben al een tijdje GTD fan, alhoewel elk systeem staat of valt met het gedrag van de gebruiker, in mijn geval de mijne dus 😉 . Omdat ik op mijn desktop vrijwel nooit verander van achtergrond èn ik de GTD-workflow wat meer voor ogen wil hebben, dacht ik: Zou er ook een GTD Wallpaper zijn? Blijkt natuurlijk al lang door anderen gemaakt te zijn. Toch wilde ik er zelf ook een maken.

Eerst onderzocht welke schermresoluties ik heb en er veel gebruikt worden. En vervolgens de bovenste drie gemaakt. Omdat ik geen zin had in iets uitgebreids als photoshop of zo, wilde ik Powerpoint gebruiken waarmee ik een dia opsla als jpg. Om dan precies op de schermresoluties uit te mikken, kwam ik achter de verhouding waarin powerpoint jpg’s produceert: Voor elke centimeter van de dia, worden er 37,8 dots gemaakt. Als je de maten in onderstaande bestanden bekijkt, zul je ze omgerekend zien. O ja, PPTX, sorry…

Verwacht niet teveel qua stijl: gewoon een blauw gradient met pijlen en boxen. Expres gedaan, omdat productiviteit van mij een beetje “clean” mag zijn.

XVGA: 1024×768 PPT en JPG

WXGA: 1280×800 PPT en JPG

SXGA: 1280×1024 PPT en JPG

En alles natuurlijk onder de “Creative Commons Naamsvermelding-Niet-commercieel-Gelijk delen 3.0” licentie. Mag ik doen, want niet in de baas zijn tijd… 😉
Creative Commons License
GTD Desktop Wallpaper van Joel de Bruijn is in licentie gegeven volgens een Creative Commons Naamsvermelding-Niet-commercieel-Gelijk delen 3.0 Unported licentie.
Gebaseerd op een werk op www.blogisch.nl .

Waardedisciplines in het onderwijs

Veel keuzes of beslissingen van een organisatie zouden aanknopingspunten moeten hebben met de missie en visie van die organisatie. Nog vaker geven bestuurlijke agenda’s en “kaderbrieven” concrete hints of prioritering. Toch is het niet altijd zo makkelijk.

Een andere insteek is daarom het model van Treacy en Wiersema. Dit model is eigenlijk bedoelt om marktleiders te onderscheiden. Alhoewel concurrentie tussen ROC’s “anders” werkt dan tussen bedrijven, kan het model toch handig zijn.

Het onderscheid 3 generieke waardedisciplines of dimensies:

  • Operationele Voortreffelijkheid: In welke mate ben je competent op operationeel niveau? Hoe gesmeerd loopt alles? Verlopen de processen vlot en zonder haperingen? Uitblinken hierin leidt tot het effectief en efficiënt leveren van producten.
  • Productleiderschap: In welke mate is je product onderscheidend? Lever je iets wat niemand levert? Is dat uniek in zijn soort? Uitblinken hierin leidt het “beste” product.
  • Klantintimiteit: In welke mate reageer je op de klant? Staat deze centraal? Uitblinken hierin leidt tot de best geboden oplossing, in de beleving van elke klant.

Hiervoor gelden 4 regels:

  • Blink in 1 waarde uit.
  • Handhaaf een drempelniveau voor de andere 2.
  • Verbeter jaar na jaar de waarde waarin je uitblinkt.
  • Bouw een goed-afgestemd operationeel model dat is toegewijd aan het leveren van deze onovertroffen waarde.

De vergelijking met klanten en studenten, producten en opleidingen is in mijn ogen snel gemaakt. Ga je voor “operational excellence” dan zul je voor systemen kiezen die het proces optimaliseren, niet zozeer de deelnemer ondersteunen bij het leren. Ga je voor “product leadership” dan wil je “de beste opleiding” aanbieden die er is. Wat “het beste” dan precies is, laat ik voor het gemak 😉 in het midden. Ga je voor “customer intimacy”, dan is geen maatwerk teveel en lukt het om de deelnemer echt centraal te stellen.

Concreet voorbeeld: gaan we eerst zoeken naar een portfoliosysteem of een studentadministratiesysteem? Afhankelijk van de weging van bovenstaande 3 waarden is een keus dan duidelijker te maken. (En de optie: “we doen ze allebei tegelijk” is niet zozeer lef om veel aan te pakken maar kan angst zijn voor een echte keus) 

Vragen die het bij me oproept:

  • Zou “de mate waarin” een organisatie presteert in deze 3 dimensies te meten zijn? Met een scan of zo? Van die “120 vragen op 5 puntsschaal” onderzoekjes?
  • Zouden ROC’s die uit elkaars ruif eten deze waarden kunnen gebruiken om zich in dezelfde regio of voedingsgebieden juist wèl te onderscheiden?

Elektronisch LeerDossier

Ik ben vandaag bij de MBO Raad in de Bilt voor een bijeenkomst “Elektronisch LeerDossier”. Helaas miste ik de opening en schoof direct aan bij een werkgroep die vragen formuleerden over de besturing van ELD.

De vragen en risico’s t.a.v. ELD, die uit de werkgroepen kwamen:

  • Wat kun je er mee? Wat is de waarde van informatie? Zijn het vooral de harde gegevens? Die bij een warme overdracht minder belangrijk zijn? Stimuleert ELD een koude overdracht?
  • Is de privacy goed geregeld? Wie is eigenaar van de gegevens, student of instelling? Hoe lang blijft het dossier in het schakelpunt? Kan de informatie gebruikt worden voor andere doeleinden dan bedoelt?
  • Biedt ELD alleen overdrachtsdossiers of ook tussentijdse leerdossiers?
  • Veel begeleidingsinformatie is niet digitaal.
  • Hoe luidt de business-case voor het MBO? Oftwel: levert het geld op of administratieve lastenverlichting? Waarom zouden we dit doen? Leidt het niet tot dubbele registratie van gegevens?

ELD gaf hier een reactie op:

Administratieve lastenverlichting was niet de motivatie voor het formuleren van het ELD, maar is wel een bijkomstigheid. Vervolgens wordt het verschil tussen Bron, e-portfolio en ELD geschetst:

  • Bron: Voorziet primair in de informatiebehoefte van de overheid. Beleid van de overheid is gericht op gescheiden infrastructuren (voor zichzelf en die van de sectoren).  Bron hanteert een eigen semantiek. Als instellingen onderling informatie moeten uitwisselen, dan heeft de onderwijs-sector een eigen infrastructuur nodig. De overheid gaat die niet leveren. Oftwel: BRON kan niet gebruikt worden voor ELD.
  • E-Portfolio:  de leerling is eigenaar, soms gebruikt een school  het als informatiesysteem, de semantiek is IMS gebaseerd.
  • ELD: ondersteunt de overdracht, is beschikbaar voor instellingen het gehele jaar door, semantiek is ook IMS gebaseerd.

Technisch: De zendende school stuurt het dossier op naar het ‘postkantoor’, deze bewaart het tijdelijk. De ontvangende school kan het dossier ophalen. In de tussentijd kan een ouder/verzorger bezwaar maken tegen levering. Vanuit de zaal kwamen hierop wel reacties op het gebied van privacy/eigenaarschap. Nu wordt er uitgegaan van een periode van enkele weken, waarin bezwaar gemaakt kan worden, zodat het dossier niet vrijgegeven wordt.

Benadrukt wordt dat er geen ‘database’ wordt opgebouwd van dossiers. Het postkantoor wisselt uit, houdt wel logboeken bij, maar de inhoud verdwijnt na verloop van tijd (18 maanden…). 

Van iemand die zich op meerdere opleidingen aanmeld, kan door meerdere scholen het dossier ingekeken worden.

Omdat enkele instellingen de behoefte hadden aan het meesturen van allerlei verklaringen als bijlagen, wordt hier in de toekomstige architectuur rekening meegehouden. Ook vermeld wordt de NORA architectuur zoals de overheid die hanteert. 

Bij mijzelf drong zich de overeenkomst op met bijvoorbeeld het Elektronisch KindDossier. Het blijkt dat de zorgsector inderdaad ook een schakelpunt heeft en vergelijkbare architectuur ontworpen heeft. Op mijn vraag of er niet gebruik gemaakt kan worden van de ervaringen daar, wordt dit bevestigd. De zorg schijn veel verder te zijn in de acceptatie van dossieroverdracht.

Eindconclusie en indruk: ELD gaat er links/rechtsom komen, wat de inhoud en werkwijze is blijft nog gedeeltelijk open… ELD en roc-i-partners nemen initiatief tot een vervolgsessie. Ik ben voor het eerst aangeschoven bij dit onderwerp, maar als ik goed ingelezen ben loopt ELD al jaren. Het verbaasde me daarom dat er vragen werden gesteld die eigenlijk het hele onderwerp en nut van ELD opnieuw ter tafel brachten. “Wat is de toegevoegde waarde? Wat heb ik er als organisatie aan? Wie is eigenlijk de eigenaar van de informatie?” En je kon er op wachten: ook privacy wordt weer van stal gehaald als beer op de weg. Wellicht denk ik er te makkelijk over, maar als een legertje juristen er naar gekeken heeft, wie ben ik dan om er nog aan te twijfelen? Ik kan me niet voorstellen dat deze vragen afgelopen 4 jaar al niet gesteld zijn. Op deze manier verloopt dit als een typische discussie waar we in het onderwijs het beste in zijn: eerder gevonden oplossingen vrolijk weer opnieuw ter discussie stellen. Het ligt misschien ook aan de gekozen werkvorm waarin gevraagd werd om vragen, risico’s en aandachtspunten te formuleren. Dan krijg je die ook.
De vragen over “koude” versus “warme” overdracht vond ik zelf belangrijker. Digitale dossiers die nà een warme overdracht komen, kunnen moeilijk deze warme overdracht ondersteunen.

Stop de telefoongids

Nu toon ik over het algemeen niet zoveel maatschappelijke betrokkenheid, maar een tweet van Johan bracht met op de volgende site: Stopdetelefoongids. Zeker omdat ik steeds minder kasten in huis wil met papier dat nooit van de plank komt. Al jaren gooi ik de gids rechtstreeks in de papierkliko. Vroeger zonder ergenis, tegenwoordig irriteer ik me er wel aan. Vanwege de papierverspilling.

Even aanmelden en je verschijnt op de mashup.

Warme student overdracht

Op allerlei scharnierpunten in het onderwijs raken we leerlingen en studenten kwijt. Dat leidt weer tot uitval en verminderde doorstroom. Vanuit gemeentes wordt er ondertussen flink aan getrokken om dit tegen te gaan, dus ook in “onze” regio Midden Brabant en o.a. voor het scharnierpunt po-vo en vo-vo.

Gevraagd wordt of de scholen/stichtingen willen deelnemen aan een werkwijze die leidt tot de zogenaamde “warme overdracht” van leerlingen en hun informatie. Alle basisscholen en vo scholen uit de regio wil men hierbij betrekken. Daarnaast nemen allerlei andere stichtingen en de gemeente deel. Alhoewel de methodiek veel overeenkomst vertoont met de werkwijze omtrent VSV richt het zich dus vooral op primair onderwijs en voortgezet onderwijs.

Achtergrond

WSNS in de regio Eindhoven is hier al mee gestart en had de volgende doelstellingen:
– Tijdig zorgleerlingen in beeld krijgen
– Alle leerlingen tijdig voor de zomervakantie plaatsen
– Dubbeltoetsen voorkomen
– Warmere overdracht
– Betere communicatie po-vo
– Gebruik maken van standaarden op het gebied van informatieuitwisseling.

Om deze doelstellingen te bereiken is er in samenwerking met partners een webportal ontwikkelt: “Real Time Overdracht” (RTO). Deze biedt een platform om dossiers uit te wisselen. De gehanteerde standaard is het zogenaamde DOD (Digitaal Overdrachts Dossier). Later is dit samen gegaan met ELD (Elektronisch Leerling Dossier).

Werking systeem
De PO scholen zetten het DOD van leerlingen uit groep 8 in het systeem. Ontvangende VO scholen zoeken aan de hand van het BSN dit dossier op en importeren dit in hun leerling-administratiesysteem.

Ervaringen
De ervaringen in de regio Eindhoven zijn ronduit positief. Het gebruik van het systeem leidt tot minder fouten, snellere administratieve afhandeling en een betere terugkoppeling. Het is niet nodig hele dossiers te kopiëren en handmatig in te voeren.
De vraag is nu of we dit ook gaan gebruiken voor onze VMBO tak. Eerst moet er nog een principiële uitspraak volgen voor onze deelname. Vervolgens moet gekeken worden of ons leerlingadministratiesysteem, Magister, DOD kan importeren. Wordt vervolgd….

SocialThing: Mogelijk elastiekje?

st_logo

SocialThing is ook zo’n bedrijfje in Beta-fase, dus nu nog veel beloftes. Toch hoop ik dat ze waar maken wat ze beloven: één applicatie om op meerdere sociale netwerken te publiceren. Bijvoorbeeld: foto’s posten naar Flickr, tweets naar Twitter, artikelen naar je blog etc. Vervolgend wordt alles onder elkaar gezet in een lifestream. En je kunt anderen hun lifestream ook volgen. Het voordeel: 1 centrale plaats voor het publiceren van al je content.

socialthing

Randvoorwaarde is wel dat al die sociale netwerken hun interface openen in de vorm van API’s of webservices. Eigenlijk moet dat toch niet zo moeilijk zijn. Er zijn al losse applicaties om foto’s naar Flickr te posten, zonder Flickr te hoeven bezoeken. Met LiveWriter kan ik offline bloggen, zonder mijn blog te bezoeken. Als dat soort programma’s nu gecombineerd worden…

Cloudo – Desktop in je browser

cloudo

 

 

 

Het gaat op termijn van PC naar netwerk naar datacenter naar cloud, als je al het nieuws moet geloven. Oftwel je bestanden en zelfs de applicaties staan elders. De lokale pc hoeft eigenlijk alleen maar een browser te hebben en een dikke pijplijn naar internet. Google heeft zijn eigen wolkje maar ook andere grote partijen bieden dit aan.

Cloudo lift een beetje mee, althans in benaming, op deze trend. Vooralsnog in gesloten beta, maar ze beloven via de browser een "desktop-ervaring" te kunnen bieden. Uitgebreidere beschouwing hier. Dus in je browser een startmenu, vensters, iconen, programma’s etc. Voordeel: overal waar je bent, zolang er internet is, kun je bij je PC.

Demonstratie:

[youtube http://www.youtube.com/watch?v=bIu2oDTJyl8&rel=1]

www.123456789.nl

sidn.jpg 

Voor bedrijven was het al een tijd mogelijk, maar vanaf 28 februari kunnen we domeinnamen vastleggen met alleen nummers. Een toepassing kan zijn datums: Geboortedatum, trouwdatum of andere historische momenten in ons of andermans privéleven.

Captcha!

captcha_banner1.jpg 

Niet dat me blog nu helemaal overloopt met commentaar, maar onder Joomla had ik geen commentaar beperking geïnstalleerd. Dat leidde soms tot commentspamming met p0rn links erin. Voor WordPress een mooie captcha plugin gevonden. Dus nu kan iedereen zonder registratie commentaar geven èn worden spambots tegen gehouden. Ook hoef ik niet commentaar te “approven”.