Yearly Archives: 2011

Laptops in het MBO, een update. #sambowb

Maaike Stam en Mieke van Keulen praten bij over laptops in onderwijs, met als motto ‘Bring your own device’.

We starten met een enquête onder de aanwezigen:

  • Hoeveel studenten gebruiken op uw instelling een laptop? 50% bijna niemand, 50% ongeveer de helft….
  • Hoeveel docenten maken op uw instelling gebruik van een laptop? 38% bijna niemand, 46% ongeveer de helft, 15% bijna allemaal ….
  • Hoe zou u het ambitieniveau van uw instelling willen aanduiden? 40% hoog, 33% gemiddeld, 27% laag …
  • Bij ons is er speciale aandacht voor e-didactiek. 29% Ja, 29% Nee, 43% Soms
  • Zijn er maatregelen genomen in het kader van de arbowet? 31% Ja, voor medewerkers, 0% Ja, voor studenten, 0% Ja, voor beiden, 69% Nee
  • Wordt er binnen uw instelling gebruik gemaakt van uitleenlaptops? 25% Ja, als backup, 25% Ja, voor groepen studenten, 25% Ja, voor docenten, 25% Nee
  • Wordt er gebruik gemaakt van ‘Bring Your Own Device’ (als beleid/in de praktijk)? 8% Ja, voor medewerkers, 33% Ja, voor studenten, 8% Voor beiden, 50% Nee.
  • Wie krijgt er ondersteuning bij het gebruik van laptops? 0% Studenten, 36% Medewerkers, 36% Beide, 27% Geen ondersteuning
  • Welke financiële consequentie heeft de invoering van laptops? 33% Kosten stijgen, 17% Kosten dalen, 50% Kosten blijven gelijk.
  • Hoe wordt het betaalbaar gehouden voor studenten? 27% Minder boeken nodig, 0% Studenten krijgen vergoeding, 73% Niets doen, 0% Anders
  • Invoering van laptops zorgt voor een verbetering van het onderwijs? 29% Waar, 71% Onwaar

Statistisch natuurlijk niet zo accuraat en gebaseerd op onderbuikgevoel van 30 aanwezigen, maar toch.
Reacties uit de zaal:

  • BYOD hoeft niet per se kostenbesparend te zijn.
  • Telefonie (apparaat/abo) overlaten aan de medewerkers zelf leidde tot veel grotere tevredenheid. Dus i.p.v. mobieltjes en abo’s beheren als instelling, de medewerker dit zelf laten kiezen en regelen en een vaste vergoeding geven. Als serviceafdeling doe je het ‘namelijk toch nooit goed’.
  • Vraag 5 over ARBO leidde tot erg veel reacties, vooral i.c.m. thuiswerkplekken.
  • Idee: richt een studentenservicedesk in voor en door studenten.
  • Praktijk laat zien dat 50% van de studenten gebruikt maak van financiëringsmanieren (gespreid afbetalen van laptop)

Datacenters, duurzaam en economisch verantwoord? – samboict

Peter Reinders en Rob Zwart (Rabo Nederland) presenteren hun ervaringen met het duurzaam maken van datacenters.

[yframe url=’http://www.youtube.com/watch?v=YOVkon_Gqbg’]

Rob schetst de situatie in 2005: 2500 lokale servers, 50 datacenters, alles verspreid. Het besef ontstond dat banken eigenlijk een marmeren portaal zijn met een PC erachter. Er komt veel kijken bij het ontwerpen van een datacenter: locatie, beveiliging, infrastructuur, duurzaam etc. Daarnaast wilde men boven zeeniveau zitten… Wat ook hielp was dat hun bouwdirecteur een kleine generaal was…

Na de opsomming van alle getallen in vierkante meters en kilowatts vroeg ik me af: leuk, zo’n datacenter bouwen, nodig als bank, maar als onderwijsinstelling? Onze IT infrastructuur is grofweg 50x zo klein, dus als MBO instelling ga je nooit een datacenter zelf bouwen toch? Of zou het rendabel zijn om met meerdere ROC’s één groot datacenter te bouwen en exploiteren? Met alle voordelen van schaalvergroting èn nadelen van uniforme standaardisering … 😉 Wat ik er ook uit meeneem: kijk kritisch naar de datacenter ‘foodprint‘ van je eigen instelling!

Nieuw begrip geleerd: “Trias Energetica“. Over de 3 stappen om klimaat-neutraal te worden.

Op alle drie de terreinen toont Rob welke maatregelen ze hebben genomen. Ze hebben daardoor ook een award gekregen.

Ronde-tafel over de beleidsagenda van ICT in het onderwijs – samboict

Ludo Cuijpers (Leeuwenborgh) en Jaap de Mare begeleiden een ronde tafel (ook letterlijk). Ludo opent met de vraagstukken waar Leeuwenborgh voor staat (leren op maat, studenten volgen, BPV, etc.) Enkele veranderingen:

  • Veel techneuten moeten worden omgeschoold naar (interne) consultants.
  • Een ICT-er mag in principe geen NEE zeggen… en hoeft niet mee te discussieren over ‘is het wel nodig…’
  • Er heerste een cultuur waarbij met te krappe budgetten ICT toch oplossingen moest en wilde bieden. Nu is er een meer volwassen afstemming van behoefte en dienst.

Dan komt Ludo ter zake: er is een allereerste aanzet tot een beleidsplan 2011-2012 gemaakt. De methodiek wordt gepresenteerd door Jaap. Ze hanteerden de volgende topics en indeling:

  • In de klas: games, video, content, social media, e-didactiek, elo, any time, place, device, mobile etc.
  • Leren op Maat: latere instroom, eerder examineren, loopbaanplanning, keuze in vrije ruimte, IT maatwerk voor velen, etc.
  • Studentvolg: zorgdossier, resultaten, voortgang, begeleidingsactiviteiten, transparantie, privacy, etc.
  • BPV: werven van plaatsen, CRM, matching, BPVO, digitale handtekening, BPV-begeleider als collega, begeleiding op afstand, etc.

De term e-didactiek leverde een aardige ronde-tafel-discussie op. Zou de bekwaamheid op dit gebied en IT vaardigheden door HR opgenomen kunnen worden in de functioneringsgesprekken? Zodat aandacht hiervoor automatisch een plek krijgt?

Al met al een duidelijk overzicht en indeling van de topics die een rol spelen binnen de beleidsagenda. Tegelijkertijd wel heel erg opsommend… die als input dient voor de vervolgstap: komen tot een gezamenlijk gedragen “ICT in onderwijs” visie.

Strategisch veranderen met behulp van architectuur – samboict

Renee Musch (ROC Midden Nederland) en Joop Jansen (Sogeti) presenteren het nut van architectuur en de resultaten ervan. De noodzaak van werken onder architectuur ontstond door een verscheidenheid aan processen en systemen. Daarnaast nam het marktaandeel af en daalde de kwaliteit van het onderwijs. Om dit te keren werden enkele strategische ontwikkelingen ingezet:

  • Focus: het expliciet vastleggen van doelen en prestaties en deze meten.
  • Organieke wijzigingen: van 4 sectoren naar 12 colleges. Deze zitten dichter bij de branche.
  • Integrale benadering van onderwijs en bedrijfsvoering, uniforme processen.

De architectuur was van toegevoegde waarde door samenhang en structuur te bieden en een applicatielandschap af te stemmen op de processen. Ook merk je in projecten het nut: de scope en afbakening van verschillende onderwerpen zijn duidelijker.

Joop vervolgt met het gekozen architectuurraamwerk (3x de woordwaarde):

Vervolgens is er, geïnspireerd op de TripleA architectuur, een procesmodel en informatiearchitectuur ontwikkelt. Gedeeltelijk herken ik wel de elementen zoals die in TripleA bekend zijn, de rangschikking is echter anders. Niet helemaal duidelijk wordt waarom er gekozen is voor een afwijkende blauwdruk. Niet dat afwijken erg is, maar ik was juist nieuwsgierig naar het waarom van de gemaakte keuzes. Ik herken wel degelijk het nut van architectuur in projecten. Het bieden van standaarden, kaders en afbakening is goud waard tijdens het schijven van projectplannen. Verder biedt een referentie-architectuur vaak een schets van een gewenste situatie. Het helpt dus ook je roadmap te bepalen.

Dit kun je concreet maken en visualiseren door op een procesplaat een laag te tekenen waarin je aangeeft welke applicatie elk respectieve proces ondersteunt. Je ziet dan ook ‘gaten’ en ‘overlap’ in geboden functionaliteit. Al met al was de presentatie heel herkenbaar, omdat binnen de instelling waar ik zelf werk architectuur zich op dezelfde manier bewezen heeft.

Er kwamen ook nog hiaten in de TriplA architectuur naar voren. Omdat van ‘acquisitie’ of werving van studenten, ‘aanmelden’ en ‘alumnibeleid uitvoeren’ er geen use cases zijn omschreven in de encyclopedie. Ik hoop dat de ervaring van ROC Midden Nederland op dit gebied uiteindelijk bijdraagt aan een uitbreiding van de encyclopedie!

Cloud computing bij ROC Aventus – samboict

Roy Dusink presenteert hoe ROC Aventus cloud computing gebruikt. Hij opent met de elementen uit het beleidsplan: ‘Zorgen dat het werkt’, stabiliteit, mobiliteit, innovatie, afstemming met onderwijs. Praktisch gezien hebben zij een ‘Microsoft, tenzij… ‘  en ‘In de cloud, tenzij…’ beleid. Enkele concrete doelen:

  • 90% van de applicaties zijn in 2012 webbased. Ze zitten nu op 13%.
  • Vanaf cursusjaar 2011-2012 heeft elke student verplicht een laptop.

De ervaringen tot nu toe:

  • Omdat sectoren zelf cloudservices kunnen afnemen, is ondersteuning een extra aandachtspunt.
  • De autonomie in het afnemen van cloudservices verlegt de beheerslast naar het primaire proces.
  • De privacy van gegevens waarborgen is moeilijk.
  • Monitoring van beschikbaarheid en prestaties vergt aandacht, om zo niet reactief maar proactief regie te kunnen voeren.
  • Veel leveranciers staan open voor het ontwikkelen van webservices. Tegelijk staat dat de snelle implementatie van cloudservices in de weg. Dienst afnemen kan morgen, koppelingen via webservices ontwikkelen kost maanden…
  • Leg vroeg de nadruk op beveiliging, vooral als je te maken hebt met koppelingen tussen je eigen instelling en meerdere leveranciers.
  • De benodigde expertise is erg hoog.

Zelf vind ik hun doelen ambitieus, maar actueel! Roy schetst verder hoe zijn ICT afdeling van karakter verandert:

  • Het beheermodel verandert. De harde techneuten zijn minder nodig, functioneel beheerders en contractmanagers des te meer.
  • Meer regievoering op SLA’s, schaalbaarheid en dataportabiliteit. Sommige cloudleveranciers bieden geen SLA of zijn niet schaalbaar. Laat staan dat ze om kunnen gaan met je eigen ‘exit-strategie’ (Als je afscheid neemt van de leverancier, krijg je je data dan op een goede manier mee?).
  • Werken onder architectuur.

Roy vraagt ook iets terug: Is er binnen saMBO~ICT ruimte om samen te werken op het gebied van generieke webservices en het bewaken van standaarden? Men heeft toch het gevoel zelf het wiel te moeten uitvinden en de expertise is schaars. De ondertoon was, terecht, een dringende oproep…

Nieuwbouw Gieterij: duurzaamheid en ICT – samboict

Harry Abels (IAA Architecten) vertelt over de historie van ‘de Gieterij’, waar ROC van Twente gehuisvest is. Hoe het transformeerde van industrieel complex (ijzergieterij) naar openbare ruimte en onderwijsinstelling. Dit illustreert gelijk één van de belangrijkste aspecten van duurzaamheid: Iets opnieuw gebruiken, voor een ander doel.

Samengevat is De Gieterij het oude skelet en dak van de oude ijzergieterij, met daar omheen en erin geschoven, een nieuw gebouw. Binnen zie je nergens radiatoren, de warmte verspreid zich overal via de vloeren. Er staan 8 ‘zonneschoorstenen‘ op het dak. Hierin warmt lucht op, stijgt op en zuigt elders in het gebouw verse lucht aan. De muren zijn niet dragend, alleen de kolommen. Hierdoor zijn ruimtes relatief makkelijk anders in te delen en toe te passen.

Harry geeft aan dat er voor architecten een grote uitdaging ligt in de IT infrastructuur. Dataverkeer, netwerk, stroom, de behoefte in gebouwen hieraan nemen nog steeds toe. Uiteindelijk is dit niet meer betaalbaar aan te leggen. N.a.v. een vraag uit de zaal blijkt dat IT nooit bij bouwvergaderingen aanwezig is. Daardoor heb je vaak gebouwen die erna moeilijk zijn te vullen met een draadloos netwerk (blackspots met slechte wifi ontvangst). Harry onderkent de noodzaak dat ICT aanwezig is bij bouwteams.

Ook schetst hij de uitdagingen binnen onderwijs. Sommige ideeën over flexibilisering zijn in de praktijk moeilijk te realiseren. Uiteindelijk is het wel ‘het mooiste ROC van het jaar‘ geweest!

Omdat beelden meer zeggen:

[yframe url=’http://www.youtube.com/watch?v=NpxdqTXwll0’]

Openingsrede saMBO~ICT

Gerrie van Sunder, bestuurslid ROC van Twente,

Gerrie stelt de open vraag aan IT-ers: “Hoe kun je mensen in het onderwijs maximaal helpen? Hoe versta je elkaar?”. Hij noemt enkele getallen: 8000 pc’s, 600 laptops, 150 digiborden, 200 beamers etc. En met hand in eigen boezem: “We hebben al die middelen, maar zetten we ze wel goed in?” Hij heeft niet het antwoord op die vraag. IT moet in ieder geval mogelijk maken wat onderwijs is: “Onderwijs is ontmoeten”.

Tussendoor gebruik hij dit filmpje om te illustreren dat mensen soms totaal langs elkaar heen praten als het over IT gaat. Iets dat hij binnen onderwijs veel ziet. Hij vervolgt met een korte enquete: “Wat is uw motivatie om groen te worden?”

  • Geld besparen?
  • Innovatie bevorderen?
  • De wereld moet mooi blijven voor onze kinderen?
  • We willen helemaal niet groen worden!

Vervolgens vraagt hij maatregelen we zouden kiezen… dan blijft het wel een beetje triviaal… 😉 Hij introduceert ook een nieuw woord: “Scharrel-ICT”. Oftwel ICT die met vrijheid zich kan bewegen en (denk ik zelf) zich daarbij lekker voelt en elke dag een ei legt…

Onderwijslogistiek – van plan naar realiteit op samboict

Binnen saMBO~ICT zijn al scenario’s ontwikkeld op het gebied van onderwijslogistiek. Dit maakt de vertaling van het conceptuele model uit de TripleA encyclopedie naar 4 mogelijke scenario’s. Zie mijn eerdere berichten.

Bert van Daalen en Eric Jongepier geven een overzicht van de volgende stap. Er worden 10 pilots gestart. In deze pilots werken steeds een onderwijsinstelling samen met een leverancier, volgens een protocol (set spelregels). De resultaten worden dan weer breder beschikbaar gemaakt. Het is dus geen aanbesteding of leveranciersselectie. De ene heeft de ‘uitdaging’ en de andere de ‘oplossing’. De combinatie kan heel waardevol zijn.

Praktisch:

  • 5 a 7 werkdagen investering.
  • Uiterlijk 1 februari 2011 starten.
  • Commitment door een protocol, kennisdelingsessies en een beoordelingskader.
  • De pilot mag geen onderdeel zijn van een aanbesteding.
  • Onderdelen: Arrangeertool, roostermachine, middelencatalogus, onderwijscatalogus. De middelencatalogus gaat over alle faciliterende zaken die nodig zijn voor onderwijs. Ruimtes, materialen èn bemensing.

De resulaten van de pilots zijn (helaas maar wel logisch) niet publiek. Het protocol, de resultaten van de kennisdelingssessies en het aangepast Functioneel Ontwerp is wel publieke informatie. Het beoordelingskader is een doorvertaling van het functioneel ontwerp om een product te toetsen.

Een praktisch voorbeeld komt van Wellantcollege. Zij combineren voor hun pilot ‘Roostermachine‘ met Paralax en Trajectplanner. Er is nog ruimte voor pilots…..

Geef de aarde door – samboict

Esther Blom van het Wereld Natuur Fonds geeft de opening key-note. Gaat minder over ICT, maar des te meer over duurzaamheid. Onder het motto “Geef de Aarde door‘ opent ze met een filmpje en enkele feiten:

  • Het aantal soorten dat afhankelijk is van waterrijke natuurgebieden daalt, door uitsterving.
  • Waterdammen en andere infrastructuur verstoren de waterbalans in de natuur. Elke dag (!) wordt er ergens op aarde een dam gebouwd, voor energie.
  • Een nederlander verbruikt 2,4 miljoen liter water per jaar. Dit is ook indirect, bijvoorbeeld voor de teelt van de gewassen die we als voedsel gebruiken. Een broodje hamburger verbruikt zo 2400 liter water!
  • Delta’s zijn plaatsen waar de mens zich graag vestigt, ook in Nederland. Echter de natuur is daar kwetsbaar t.o.v. de economische bedrijvigheid. Daarnaast verstoren dammen de geleidelijke overgang van zout naar zoet water. Daarom onderzocht men bijvoorbeeld wat de ‘business case’ zou zijn van een open Haringvliet. De economische waarde van dit gebied zou zo toe kunnen nemen van 2,2 naar 2,7 miljard.
  • Een voorbeeld verder weg is het werk dat Esther doet voor rivierdolfijnen.

Al met al een andere keynote dan we gewend zijn, met minder IT en technobabbel, maar wel eye-openers! Hieronder de presentatie:

Leren goed geregeld – samboict

Jan Lammerink (ROC van Twente) en Dolf Reith (KPC) geven een presentatie met bovenstaand thema. Ik heb in het verleden al eens meer geschreven over HBPO projecten met het motto “Excellent Leren Excellent Organiseren”. Deze presentatie vertelt de ervaringen van ROC Twente hiermee.

Er was een redelijk lange wensenlijst op het gebied van flexibilisering ontstaan. O.a. meerdere in- en uitstroommomenten en differentiatie naar niveau. Om dit grijpbaar te maken werkte men met 4 thema’s:

  • Curriculum ontwikkeling
  • Koppeling van onderwijs en leerbedrijf
  • Digitale begeleidingsprogramma en leermiddelen
  • Integrale locatieorganisatie, onderwijs volgt student

De doorbraken die men wilde bereiken waren o.a. goed lopende maatwerkprojecten en duidelijke grenzen van flexibiliteit in aanbod. Ook hier komt snel naar voren ‘Standaardiseren om te kunnen flexibiliseren’.

De resultaten bij de enkele afdelingen:

  • Van 4 naar 12 keuzemogelijkheden op het gebied van specialisaties. Dit is bereikt met behulp van digitaliseren van lesmateriaal.
  • Ondersteunende lessen voor individualisering.
  • Flexibele in- en uitstroom.

Jan benadrukt het belang van hun interne ‘procesplaat’. Oftwel, heb je in beeld welke processen er zijn en wie er eigenaar van is. Van de elementen hierin wordt bijgehouden welke gestandaardiseerd zijn of nog moeten worden.

Dolf vervolgt en schetst hun KPC aanpak:

  • De aanpak is geworteld in “Business Proces Redesign’. Oftwel ‘herontwerp’ van de manier waarop je zaken aanpakt.
  • Bepaal wat de meest basale transactie in het onderwijs is, je primaire proces.
  • Middels een model brengt men inkomsten, kosten en opbrengsten in beeld. Hiervoor trekt Dolf de vergelijking met het bedrijfsleven en de waardeketen van Porter.

Echter, waar hij verder in gaat, is niet de basale onderdelen in de waardeketen zoals die bekend zijn op het gebied van onderwijsbedrijfsvoering en financiën. Hij legt duidelijk een link tussen de toeleverende kant (kenmerken student en soorten cognitie) en ons eigen proces. Vervolgens door te decomponeren wordt een catalogus samengesteld dat hierbij past. Daarna wordt in beeld gebracht wat voor techniek, bemensing en andere middelen hiervoor nodig zijn.

Al met al een voorbeeld van Activity Based Costing in onderwijs. Om dat het met plaatjes toch beter te volgen is, hieronder de presentatie: